Menu

leren van het verleden

Nijenrode Universiteit heeft een onderzoek gedaan naar ‘oude’ ecowijken in Nederland. Waaronder ook het GWL. Het onderzoek is verricht onder supervisie van professor Anke van Hal, destijds de deskundige van Bureau Boom bij de bouw van het GWL. Een aankondiging stond in de Nieuwsbrief van 20 december vorig jaar.

Hoe krijg je met name bewoners echt enthousiast voor vergaande energiemaatregelen in hun (huur-)woningen? En hoe zorg je dat de maatregelen die je treft ook daadwerkelijk bijdragen aan het behalen van de gestelde doelen? Met die vragen in het achterhoofd is in het onderzoek de circa twintig jaar woonervaring in zes Nederlandse eco-wijken nagetrokken.

In de eco-wijken van toen zijn immers de innovaties van destijds toegepast. En niet alleen op energiegebied maar ook met betrekking tot andere milieuthema’s. Zijn deze wijken door de jaren heen fijne wijken geworden en gebleven? En hebben de getroffen duurzaamheidsmaatregelen daar invloed op gehad? Dat was de vraag die centraal stond in het onderzoek.

Lees hier een uitgebreide versie van het onderzoek >>>
De verkorte versie staat hier >>>

In het uitgebreide rapport op p.70 staan de volgende punten over het GWL:

Positief
* Veel waardering voor het open, groene en autovrije karakter en de architectuur (combinatie van herontwikkeld oud en aansprekend nieuw). Uniek in de Amsterdamse binnenstad. Grote bewonerstevredenheid. Goede bereikbaarheid van voorzieningen.
* Betrokkenheid van bewoners was al groot in de planfase. Actieve koepelvereniging en actieve bewoners (maar veel komt neer op de schouders van enkelen).
* Veel aandacht voor sociale duurzaamheid; zelfbeheer, activiteiten, sociale contacten, o.a. nieuwsbrief. (‘Het is hier net een dorp.’)
* Privé-nutstuinen, fruitbomen en delen van de openbare ruimte worden door bewoners beheerd en erg gewaardeerd.
* Het café-restaurant functioneert als ‘wijkhuiskamer’; gewaardeerd en veel bezocht (ook als werkplek).
* Bewoners betalen mee aan wijkbeheerder plus locatie; deze heeft een gewaardeerde conciërgefunctie.
* Succesvolle duurzame maatregelen zijn o.a. laag energiegebruik, oriëntatie op de zon en duurzaam materiaalgebruik.

Negatief
* In de ogen van bewoners heeft de gemeente zich soms niet gehouden aan beloftes (minder groen dan beloofd) en verantwoordelijkheden (verwarming met WKK vervangen; onderhoud gracht). Verandering van verantwoordelijke personen binnen de gemeente leidt soms tot een moeilijker contact.
* Beperkt aantal parkeervergunningen beschikbaar; dit frustreert sommigen (maar ‘hoort’ ook bij centrum Amsterdam).
* Het energiezuinige gemeenschappelijke verwarmingssysteem (WKK) is zonder overleg met de bewoners vervangen door een standaardsysteem.
* Minder geslaagd zijn o.a. regenwaterhergebruik (energiegebruik pompen) en concessies op het gebied van duurzame energie.

De belangrijkste les: onderschat niet de invloed van de factor ‘tijd’ op het succes.